De helende kracht van …

Deze pagina wordt nog verder gevuld

… muziek en stem

… de natuur

Als mijn oude boom blijft leven, blijf ik ook nog even

“Hallo, hallo, kun je alsjeblieft komen helpen!” Een oudere buurvrouw, ik noem haar nu even Els, ziet mij voor het huis zitten en loopt mij snel tegemoet. “Ze is gevallen, overal bloed en ik weet niet wat ik moet doen!” Ik pak meteen mijn telefoon en loop snel met haar mee. “Wat is er gebeurd?” vraag ik terwijl ze haar huis voorbij loopt en de deur opent van haar bejaarde buurvrouw. “Ik hoorde en harde bonk, ik hoorde haar vallen,” zegt ze gejaagd, “en toen geroep om hulp dus ben meteen gaan kijken. En nu ligt ze daar… ja daar, in de slaapkamer, loop maar door.”

Vastberaden maar toch een beetje angstig voor wat ik ga aantreffen loop ik de hoek om. Ik zie eerst een paar benen in een beetje vreemde hoek uitgestrekt op de vloer. Als ik de deur langzaam verder openduw schrik ik van de aanblik. Een trillende oude vrouw ligt languit op de grond met een gapende hoofdwond. Het bloed lijkt schijnbaar overal te zitten, niet alleen haar hoofd, handen en nette blouse zijn doorweekt maar ook de vloer, de deurpost en de kast.

Het is bijzonder om te ontdekken wat er gebeurt als je in een noodsituatie terecht komt. Hoe je gaat reageren kun je eigenlijk niet van tevoren bedenken. Er kwam een kalmte over mij en binnen een paar seconde scan ik de situatie. Ik ga naast haar zitten en spreek haar aan. Gelukkig, ze is nog aardig bij kennis. Dus 112 bellen, uitleggen wat er is gebeurd en wachten op de ambulance.

Ondertussen haar ietwat meer comfortabel gemaakt want zo’n schriele oude dame op die harde vloer zien liggen gaat recht door mijn hart. Terwijl Els rusteloos heen en weer loopt te mopperen dat zij toch eigenlijk echt naar een verzorgingshuis zou moeten en ze beter voor zichzelf moet zorgen richt ik mijn aandacht volledig op haar, de oude hulpeloze ziel die daar op de grond ligt. Ik ga naast haar op de grond zitten en pak haar koude bebloede hand zachtjes vast in een poging haar af te leiden van de harde woorden van Els. “Kijkt u maar naar mij mevrouw, richt uw aandacht maar op mijn stem”. Terwijl ik zachtjes haar hand streel begin ik te vertellen wie ik ben, wat ik doe en natuurlijk komt mijn liefde en werk voor bomen als vanzelf voorbij.

“Ja, bomen zijn bijzonder,” zegt ze een beetje dromerig. “Vroeger hadden wij een boom, een hele grote eik bij de boerderij. Met grote kromme takken en een dikke stam. Als klein meisje keek ik altijd uit het raam. Ik zag de vogels er nestjes bouwen. Eikels verzamelen in de herfst. En onder die boom, stiekem achter de stam want vader mocht niets zien, ben ik voor het eerst gekust.”

Terwijl ze in de verte staart, denkend aan die mooie herinnering aan haar boom en die eerste verkering, ontspant haar hand onder mijn handen en ik zie een lichtje in haar ogen die ik nog niet eerder zag.

Dan is er ineens weer een verkramping, een pijnscheut door haar lijf. Ik knijp zachtjes in haar hand en nodig haar uit weer naar die boom te gaan. “Denk maar aan je boom”, zeg ik, ”elke keer als het pijn doet, denk maar aan je boom. Ook al is de boom er nu niet echt, in gedachten kan een boom nog steeds troost en heling bieden. Dat doet hij al, nu op dit moment.”

Ze draait haar hoofd naar mij en kijkt me aan, glimlacht, maar ik merk dat ze wegzakt. “Hier blijven mevrouw”, ik probeer het kalm te zeggen, waar blijft die ambulance toch? “Niet weggaan nu, het is nog geen tijd om te gaan. Mevrouw, staat die boom er nog, bij de boerderij?”

Een diepe zucht, haar ogen gaan weer open. “Ja, zegt ze, nog steeds, na al die jaren, nog steeds.” Ze merkt mijn onrust op, knijpt zachtjes in mijn hand en zegt: “ik blijf ook nog even hoor, ik ben ook niet zo makkelijk klein te krijgen.” Dan komt Els de kamer binnen, de ambulance is gearriveerd

… edelstenen

… kosmische energie